Wednesday, February 13, 2013
Opvoeden van ongeliefd kind
Hij lijkt de jongste tijd een beetje op het ongeliefde of nooit gewilde kind, onze euro. Is hij te zwak, dan roept bijna iedereen dat het einde van de monetaire unie nabij is. Is hij te sterk, dan roept bijna iedereen dat de export en daarmee het herstel van de eurozone in de kiem worden gesmoord. Wat er ook gebeurt, de euro kan het blijkbaar nooit goed doen. Ook nu weer. In enkele maanden tijd is de euro veranderd van een bedreigde in een bedreigende specie. Voor sommigen kan een sterke euro juist nu een zegen zijn.
Inderdaad, de koers van de euro is de afgelopen maanden flink gestegen. Vergeleken met het gemiddelde van 2012 is de euro zo'n 5 procent geapprecieerd ten opzichte van de dollar.
Het verrast dan ook niet dat het gejammer over de sterkere euro weer is begonnen. Het staat blijkbaar op de to-do-lijst van elke Franse president om minstens één keer per ambtstermijn de onafhankelijkheid van de ECB ter discussie te stellen en over een te hoge wisselkoers te klagen.
De negatieve gevolgen van de sterkere euro zijn wel nog te overzien. Volgens economische modellen kan de appreciatie tot nog toe de groei in de eurozone dit jaar met 0,1 tot 0,2 procentpunt verlagen. Dat is niet veel. Interessant daarbij is dat de gevolgen voor de diverse eurolanden zeer verschillend zijn. De periferielanden Spanje en Portugal worden nauwelijks geraakt door een sterkere wisselkoers. Ongeveer 60 procent van hun export gaat naar andere eurolanden. In Italië en Frankrijk kan de sterke euro veel meer pijn kan doen. Beide landen zijn relatief open en hebben zich de afgelopen jaren uit de internationale markten geprijsd. Veel Italiaanse bedrijven konden niet standhouden tegen de directe concurrentie uit China in de textielindustrie. De Franse bedrijven concurreren op de wereldmarkten vaak met de Duitsers. En terwijl de Duitse bedrijven door hervormingen, kwaliteitsverbeteringen en loonmatigingen een bijna onverwoestbare internationale vraag hebben gecreëerd, ligt de Franse exportindustrie bijna in as.
Alle periferielanden hebben door de pijnlijke hervormingen hun achterstand in concurrentiekracht ten opzichte van Duitsland gedeeltelijk ingehaald, maar in Frankrijk en Italië is helemaal niets gebeurd. Een sterkere euro brengt deze structurele problemen nu naar boven. Frankrijk zou er goed aan doen niet te veel aandacht te besteden aan onzinnige afleidingsmanoeuvres die toch niet werken. Het is de hoogste tijd om de hand in eigen boezem te steken en eindelijk de 'home made' problemen aan te pakken en structurele hervormingen in gang te zetten.
Misschien moeten de eurolanden een van de moderne opvoedboeken voor ouders lezen. Daarin staat duidelijk dat ouders ook naar zichzelf moeten kijken en veranderingen niet altijd van het kind moeten verwachten. Ongeliefd of niet.
Deze column verscheen vandaag in het Belgische dagblad "De Tijd"
No comments:
Post a Comment