Friday, April 30, 2010

Wie a zegt...

...moet ook b zeggen. Kent bondskanselier Angela Merkel dat spreekwoord niet? Sinds vorige week is duidelijk dat Griekenland aan de afgrond staat en financiële steun acuut nodig heeft. De problemen waaien niet meer over. Het Duitse aarzelen heeft de financiële markten letterlijk uitgenodigd ook tegen andere landen te speculeren. Merkel en Duitsland moeten snel kleur bekennen. Niet alleen om de speculatie van de laatste dagen aan banden te leggen, maar ook om een signaal te geven over de toekomst van de euro.

In de hoop de meeste Duitse kiezers, de andere Europese landen en de financiële markten zo lang mogelijk te overbluffen, volgde Merkel de laatste weken een dubbele tactiek. Naar buiten was zij 'Madame Non', die de sjoemelende en onverantwoorde Grieken niet één belastingcent gunde. Maar achter gesloten deuren ondertekende zij elke Europese solidariteitssteun. Alles in de hoop dat de Griekse crisis toch zou overwaaien. Maar de wind waait anders.

Het wordt steeds duidelijker. Financiële steun aan Griekenland is nu alleen een druppel op een hete plaat. De huidige liquiditeitsproblemen camoufleren alleen solvabiliteitsproblemen. Het enige wat Griekenland op dit moment kan helpen, is een Europese blanco cheque voor minstens drie jaar. Alleen zo heeft de overheid de tijd om de economie radicaal te hervormen, onafhankelijk van elke druk van de financiële markten. Daar zou het niet stoppen. Als de Europese landen een blanco cheque voor Griekenland ondertekenen, moeten zij in feite ook bereid zijn dat eventueel voor Portugal, Ierland en misschien Spanje te doen. De geboorte van een politieke unie met transferbetalingen, dat zal in ieder geval de Duitse kiezer, die nog steeds wacht op de beloofde belastingverlaging, zeker niet in dank afnemen.

Bertolt Brecht zei ooit: 'Wie a zegt, hoeft geen b te zeggen, hij kan ook zeggen dat a fout was.' Als Angela Merkel Brecht wil volgen komt er een nieuwe 'a': het toestaan van een ordelijk staatsfaillissement. Dat kan een herstructurering van de schulden zijn of een 'hair cut' waarbij de obligatiehouders een gedeelte van hun vermogen kwijtraken. Niet alleen van Griekenland, maar eventueel ook voor andere landen van de eurozone, met alle mogelijke negatieve gevolgen voor de financiële sector.

Je kán doormodderen en uitstellen, door eventjes te betalen en verder over de toekomst te zwijgen. De problemen verdwijnen daardoor echter niet. Het is tijd voor duidelijkheid. Wordt het 'b' of een nieuwe 'a'? Merkel moet nu beslissen. Niet alleen over Griekenland, ook over de toekomst van de monetaire unie.


Deze column verscheen eerder in het Belgische dagblad "De Tijd".

Thursday, April 29, 2010

Good-news-show continues

German unemployment decreased by a non-seasonally adjusted 162,000 in April. Officially, 3.406 million Germans are currently unemployed. In seasonally-adjusted terms, unemployment dropped by 68,000, pushing the seasonally-adjusted unemployment rate to 7.8%, from 8.0% in March. This is the lowest unemployment rate since December 2008 and illustrates the strong Spring revival of the German labour market.

Statistical changes and active labour market policies, including the famous short-work schemes, made the labour market the bright spot of the recession. Moreover, the formerly very rigid German labour market has slowly but surely become more flexible. Even without official short-work schemes, social partners in most sectors can agree on a temporary reduction of the regular working week. The downside of this flexibility of course is that disposable incomes declined which explains why private consumption has not kept pace with the labour market.

Looking ahead, leading indicators, historical evidence and recent wage settlements with job guarantees all point to a further stabilisation of the labour market in the coming months. The positive trend should also be supported by the latest decision from the German government to extend short-work schemes once again until March 2012. However, as a continued stabilisation of the labour market should initially be marked by a pure unwinding of short-work schemes and increasing working hours, employment growth will be sluggish. Still, even if it is only a small boost, the labour market could end the private consumption recession of late-2009.

At least for the time being, the German good-news-show of the last weeks continues. The harsh winter, the Greek crisis, they have all left the German labour market unperturbed.

Friday, April 23, 2010

Ifo continues Spring sprint

Up again. The German Ifo index surged again in April as current conditions improved significantly. The headline index increased to 101.6, from 98.2, and is now at its highest level since May 2008. The current assessment jumped to 99.3, from 94.5. At the same time, the expectations component continued its impressive upward trend of recent months, increasing to 104.0, from 102.0.

Today’s Ifo index adds further evidence that the pause of the German recovery around the turn of the year was nothing more than a temporary break. In terms of economic growth, the first quarter will have been another disappointment. Still, some moderate growth should not be excluded, yet. It only needs a marginal pick-up in industrial production and net exports in March to turn first quarter growth from slightly negative into positive territory.

Looking ahead, the underlying trend of the German recovery remains healthy: business confidence is high, order books are filling, recruitment plans are increasing and even investment prospects are improving. New car registrations in March were one illustration of the recovery gaining traction. The sharpest increase in three years was mainly driven by business vehicles, indicating that companies have started to invest into their truck and vehicle fleets.

All in all, market headlines of recent weeks had the potential for a severe depression. The Greek fiscal crisis, possible contagion of other Eurozone countries and the volcanic ashes: They all seem to threaten the recovery. However, German businesses seem to be untouched by these downbeat scenarios as most confidence indicators have returned to their pre-crisis levels. Maybe German businesses are too down-to-earth, just looking at their filling order books and ignoring dark clouds of fiscal consolidation. Nevertheless, if the real economy now follows up on confidence indicators’ promises, the near future looks very bright.

Wednesday, April 14, 2010

Das griechische Murmeltier

Von Bill Murray und seinem Film „Täglich grüsst das Murmeltier“ haben wir gelernt, dass in Punxsutawney, Pennsylvania jedes Jahr der Tag des Murmeltiers gefeiert wird. Dieses Jahr grüsst das Murmeltier jedoch aus Brüssel. In regelmäßigem Abstand treffen sich seit Anfang des Jahres Regierungschefs oder Finanzminister, um über die griechische Tragödie zu beraten. Jedes Mal fahren sie nach Hause, in der Hoffnung, dass die griechischen Probleme gelöst sind. Jedes Mal dauert es nicht lange, bevor das griechische Murmeltier wieder grüsst.

Für manche Politiker scheint dieses griechische Murmeltier ein Vielfraß zu sein. Kaum steht das Rettungspaket mit Hilfe von Europa und dem IWF, will Griechenland scheinbar noch mal über die Zinskonditionen verhandeln. Am liebsten schon kommende Woche beim nächsten Treffen der Finanzminister. Warum? Das geschnürte Rettungspaket würde Griechenland im Ernstfall Finanzierungen verschaffen, wenn der Marktzugang abgeschnitten ist. Das griechische Problem ist jedoch nicht Marktzugang, sondern die Höhe der Zinsen. Griechenland ist nun besorgt, dass die Kombination von hohen Zinsen und schwachem Wirtschaftswachstum die Staatsschuld weiter in die Höhe treiben wird. Der befürchtete Schneeballeffekt.

Viele Europafunktionäre fühlen sich immer noch solidarisch mit Griechenland und der Druck auf Deutschland, zinsgünstige Darlehen zu geben, wird in den nächsten Wochen zunehmen. Eine Schuldenexplosion wird sich jedoch auch nicht mit einem kleinen zinsgünstigen Darlehen von den anderen Euroländern so einfach verhindern lassen. Zu schlecht ist die Ausgangsposition und zu weit entfernt ist Griechenland von einem ausgeglichenen Staatshaushalt. Der Zins bestimmt nur den Schmerz, kann aber nicht die Krankheit heilen. Die Heilung muss deutlich von der griechischen Haushaltspolitik und von der griechischen Bevölkerung kommen. Es wird ein sehr steiniger und langer Weg und letztendlich sollte und kann auch eine Insolvenz nicht ausgeschlossen werden.

Im Film endet der ständig wiederkehrende Murmeltiertag erst nachdem die Hauptrolle aus eigenem Antrieb heraus eine grundlegende Wendung zum Guten nimmt. Manchmal ist das echte Leben doch wie im Film.

Dieses Stueck erschien als "Letter from...Brussels" in der Euro am Sonntag.

Saturday, April 10, 2010

Duitse principes

Duitsers houden van principes. Vroeg opstaan, op tijd zijn, rechtlijnigheid, prijsstabiliteit en gezonde overheidsfinanciën. Sinds de Europese Raad van twee weken geleden weten we dat Duitsland zijn principes ook weer op Europees niveau zal verdedigen. Problematisch wordt het als er over de te verdedigen principes geen eenheid is en Duitse kopstukken elkaar de kop inslaan over dogma's en principes.

In de maand voor de Dag van de Arbeid laten de vakbonden hun tanden zien. Vorige week eisten ze een wettelijke minimumloon van 8,50 euro per uur. Werkgevers en ook vooraanstaande economen reageerden prompt en trokken grommend de bovenlip op. Een minimumloon zou tot massawerkloosheid leiden. En de (Duitse) arbeidsmarkt zou nog inflexibeler worden.

Alweer een Duitse uitzondering? Minimumlonen horen in de meeste landen bij het dagelijkse leven. Niet alleen 21 van de 27 Europese lidstaten, maar ook de VS, Japan en Canada hebben een wettelijke minimumloon. De onderlinge verschillen zijn echter groot. In de EU ligt het minimumloon tussen 30 en 60 procent van het gemiddelde loon. Luxemburg is koploper met een uurloon van bijna 10 euro. De 'dekking' gaat van slechts 1 procent van de werkende bevolking in Spanje tot meer dan 16 procent in Luxemburg.

Empirische studies tonen aan dat minimumlonen positief kunnen zijn voor de werkgelegenheid, op voorwaarde dat ze slechts op een klein gedeelte van de arbeidsmarkt van toepassing zijn. Een landelijk minimumloon is inderdaad onzin. De verschillen tussen regio's, sectoren en opleidings- niveaus zijn te verschillend om een uniform minimumloon in te voeren.

Een loonondergrens kan echter ook in Duitsland een voordeel zijn. Vanaf mei 2011 staat de arbeidsmarkt er namelijk volledig open voor werknemers uit vrijwel alle Oost-Europese landen en de angst voor goedkope arbeid uit het Oosten neemt toe. Dat zou tot een neerwaartse druk op de lonen in de dienstensector kunnen leiden. Maar ook Duitse bedrijven en werkgevers zouden onder druk van de mogelijkheid van loondumping kopschuw worden. Die angst verenigt werkgevers en werknemers. Een minimumloon in bepaalde sectoren is een mooie barrière voor ongewenste markttoetreding.

Politiek en wetenschap zijn goed geadviseerd om de ouderwetse stammenstrijd snel te beëindigen. Bijten en verbetenheid en wederzijds afkammen helpen niemand. Zeker niet de Duitse economie, waarvan de achilleshiel de lage loonstijgingen van de laatste tien jaar en de zwakke particuliere consumptie waren. De typisch Duitse principes waren goed genoeg om een Europese overwinning binnen te halen. Om de Duitse economie weer op een houdbaar groeipad te krijgen, moet er een nieuw - on-Duits - principe erbij komen: bezonnenheid.

Deze column verscheen eerder in het Belgische dagblad "De Tijd".

Friday, April 9, 2010

Communication limbo from Frankfurt

Of course, there was no news on interest rates. The ECB decided to keep interest rates unchanged at today’s meeting. The more interesting part of the ECB meeting was on the collateral framework and the ECB’s communication on Greece.

The ECB’s assessment of the economy and the inflation outlook remained virtually unchanged. Recent indicators have confirmed the ongoing, though shaky, recovery. The ECB still expects the Eurozone economy to grow at a moderate pace in 2010. The only very slight change in the ECB’s assessment came on inflation. Price developments are now expected to remain “moderate” in stead of “subdued” at the last meeting. Despite this little stylistic change, it does not take away the fact that deflation rather than inflation will remain the biggest concern of the ECB in months ahead.

As expected, the ECB announced some changes to its collateral framework. The current crisis threshold for marketable and non-marketable assets at investment-grade level will be continued beyond the end of 2010, except for asset-backed securities. In addition, the ECB will introduce a new graded haircut scheme in January 2011 and will no longer accept debt instruments denominated in other currencies. Haircuts will be gradually increasing and at least 5%. This new system will only be applied to assets rates in the BBB+ to BBB- range and it will replace the current haircut of 5%. More details will only be revealed in July. However, sovereign bonds will apparently not fall under this new haircut scheme. For government bonds falling under the A- threshold, the old 5% haircut would continue. After all the excitement, the actual changes to the collateral framework seem to be less bold than they could have been. Whether this is a missed chance, remains to be seen.

Most time of the press conference was dedicated to Greece. Prior to the Eurozone’s decision on Greece on 25 March, the ECB had been opposing an IMF involvement, sometimes even very outspokenly. Today, Trichet had a few weak moments and did not really succeed in convincingly explaining the ECB’s u-turn. The ECB’s official position now is that it welcomes the statement on Greece. According to Trichet, Eurozone governments had to take up their responsibility and so they did. The presented joint safety net together with the IMF was a workable statement. Interestingly, there still seems to be some differences of opinion regarding the interest rates at which eventual Eurozone loans should be given to the Greek government. Differences of opinion at least with the German government. Trichet agreed with the principle that loans should be given without subsidies and considered market rates at least the interest rates with which other Eurozone countries can get funding in the market. It is doubtful whether Ms. Merkel has the same understanding of market rates.

The ECB’s walk on Greek eggshells has definitely been nothing to write home about. Crystal-clear communication looks different. However, Trichet did everything not to add fuel to the fire. He even remarked that a Greek default “was not an issue”. Anyway, once the dust has settled, the real substantial issues should emerge again. As regards Greece, it will be the Eurozone governments which have to decide and not the ECB.

All in all, denial or not, Greece is keeping the ECB in wait-and-see mode at least until the end of the year. Fiscal tightening and structural adjustment will make deflation not inflation the major worry of the year.

Export-led recovery still alive

German exports increased by 5.1% MoM in February, almost offsetting the sharp 6.5% drop in January. At the same time, imports only increased by 0.2% MoM, from 5.6% in January. As a consequence, the trade surplus widened to 12.1 billion euro, from 8.7 billion euro in January.

Today’s sharp increase in German exports was not, yet, enough to turn net exports into a growth driver in the first quarter but it clearly shows that the export-led recovery is still in tact.

Now that all monthly data for February has been published, it is time for a brief intermediate assessment of the German economy. Indeed, the month February had something for everyone; for the advocates of a German double-dip as well as for the camp of an ongoing recovery. With disappointing industrial production, stagnating new orders and weak private consumption, first quarter growth looked set to be flat, at best. Today’s exports open the door for upcoming surprises.

Nevertheless, it would be foolish to now advocate the end of the German recovery. First of all, the jury on the first quarter is still out. While February numbers have been strongly influenced by adverse weather conditions, it only needs a little positive surprise in March to return the German economy to a positive growth path. Secondly, the largest part of the government’s public investment programs still has to reach the economy. And finally, most leading indicators point Northwards. Order books are filling, business expectations are approaching historical highs and employment has grown actually grown in the first quarter. Positive growth surprises are still in the pipeline. Under the surface of the February snow blanket, something good is brewing.

Thursday, April 8, 2010

Production disappointment

German industrial production remained on hold in February. What’s more disappointing is the downward revision of the January number to a meagre growth of 0.1% MoM, from initially 0.6% MoM. While the production of capital goods increased by 1.5% MoM, the production of consumer goods dropped by 2.3% MoM. At the same time, the construction sector was not, yet, able to shrug off the impact from the harsh winter, only increasing by 1%, from a 14.2% decline in February.

Today’s disappointing industrial production numbers have increased the likelihood of another weak quarter after the economy’s standstill in the fourth quarter.

Looking ahead, unless March has some real good surprises in the offing, strong growth will only return in the second quarter. However, there is hardly any reason to become pessimistic again. All ingredients for a catching up of the economy are there. The largest part of the government’s public investment programs still has to reach the economy. Moreover, order books are filling, business expectations are approaching historical highs and employment has grown actually grown in the first quarter. The first quarter weakness was temporary, not structural. It simply takes a while before the economy gets rid of the snow blanket.