Het is inmiddels een bekend stramien: grote Europese beslissingen worden uitgesteld. De toekomst van de eurozone, een financieel reddingsfonds voor eurozonebanken, een schuldenkwijtschelding voor Griekenland of een tweede reddingspakket voor Portugal? Alle vragen liggen op ijs, omdat de Duitsers dit spervuur nu niet kunnen hebben. Bondskanselier Angela Merkel wil de bloeddruk niet meer laten stijgen voor de verkiezingen op 22 september. Maar wat gebeurt er nadien? Krijgen we dan de Europese oerknal?
Tot nog toe is de Duitse verkiezingscampagne allesbehalve een oerknal. Ze is gewoon doodsaai. Merkel surft comfortabel op haar enorme populariteit en beoefent alleen nog het vermijden van uitglijders. Tegelijk slaagt haar sociaaldemocratische uitdager Peer Steinbrück er maar niet in te scoren. Ondanks de opkomst van een nieuwe anti-Europartij spelen Europa en de eurocrisis geen rol in de campagnes. Het thema Europa wordt beperkt tot kretologie of staatsmannelijk bobogedrag. Onlangs nog schamperde Steinbrück over het afschaffen van gloeilampen en de pietluttige regeldrift van de EU, en bood de bijeenkomst van regeringsleiders in Berlijn om de jeugdwerkloosheid aan te pakken Merkel een mooie gelegenheid om haar sociale kant als crisismanager te laten zien.
Eigenlijk jammer. Als de Duitsers het zouden willen, kunnen ze nu hun stempel drukken op de toekomst van de eurozone. Een blik op de verkiezingsprogramma's laat interessante verschillen zien. De huidige regeringspartijen staan nog steeds voor Merkels bekende strategie van voorwaardelijke integratie. De uitspraak van Kennedy parafraserend staat Merkel voor 'vraag niet wat de eurozone (of de Duitsers) voor jou kan doen, maar vraag wat jij voor de eurozone kunt doen'. Euro-obligaties en lastenverdeling worden uitgesloten. Helemaal anders ligt het bij de grootste twee oppositiepartijen. De sociaaldemocraten en de groenen zijn voorstander van een schuldenaflossingsfonds en van gemeenschappelijke financieringen. Ze durven zelfs het vermaledijde woord eurobonds in de mond te nemen.
Voor de meeste Duitsers blijft de eurocrisis een virtuele crisis. Ze zien ze op de televisie en ze lezen erover in de kranten, maar ze raakt hen niet werkelijk. Om die reden blijft de eurocrisis goed verstopt in de honderden pagina's verkiezingsprogramma's en speelt ze geen hoofdrol in de campagnes. Een gemiste kans op een nieuwe bladzijde in de Duitse geschiedschrijving. De Duitse verkiezingen raken de eurozone in het hart, maar Europa raakt de Duitser alleen in het hoofd en in de portemonnee. Het belang van deze verkiezingen voor Europa kan Duitsland niet echt boeien.
Deze column verscheen vandaag in het Belgische dagblad "De Tijd".
No comments:
Post a Comment